Firas sloot de deur van het appartement achter zich en controleerde zijn zak. Ja, hij had het bij zich. Vervolgens liep hij de straat uit, de warmte van de middag tegemoet
Verschillende blokken verderop zat Omar in zijn juwelenzaak. Hoe sloeg om zich heen om de vliegen die rondom zijn hoofd zoemden te verjagen. Wat bracht toch dat ongedierte hierheen? Er was helemaal niets te eten voor hen. Het was Ramadan en de komende uren was er voor niemand iets te eten of te drinken.
Omar tuurde naar de parfumverkoper aan de andere kant van de straat. De dorst en de warmte hadden hun tol geëist van de man, die al snurkend over zijn toonbank lag.
Tijdens de Ramadan kwamen de meeste klanten niet eerder dan halverwege de middag, wanneer de warmte van de dag begon op te trekken in de straten. De winkeliers die het zich konden veroorloven bleven gesloten tot na zonsondergang.
Toen zijn ogen begonnen dicht te vallen, voelde Omar dat er iemand naast hem stond. Hij schrok wakker. Een jongeman stond voor de toonbank, gekleed in de witte jas van Hassans eetcafé van verderop in de straat.
Firas legde een zilveren armband en diverse andere kleine sieraden op de toonbank van Omars juwelenzaak. “Ik moet deze verkopen. Wat kunt u mij ervoor geven?”
Omar voelde het gewicht van de armband in zijn hand. “Wat heb je gedaan, heb je deze dingen gestolen?”
“Ze zijn van mijn moeder. We verkopen ze.”
Omar krabde aan zijn kin en zuchtte. “Luister, ik kan je hier niet veel voor geven. Je moet ze niet verkopen. Niemand zal je een goede prijs bieden voor het eind van de Eid.” Iedereen wist dat mensen alleen nieuwe, geen gebruikte dingen, kochten voor de Eid. Eid, het feest aan het eind van de Ramadan dat drie dagen duurt. Omar probeerde de armband terug te geven.
Firas leunde over de toonbank en keek Omar recht in zijn ogen. We zijn een aantal dagen geleden door ons spaargeld gegaan. We moeten kunnen rondkomen tot het eind van de maand.
Een stem binnen Firas fluisterde, ‘Moet je hier niet de vrijheid van je vader mee betalen?’ Firas vocht tegen de vraag met het antwoord, ‘We hebben nu zelfs geen geld voor eten.’
Omar deed zijn bril op en bekeek de armband. De graveringen waren op een grove manier erin gehamerd, kunstzinnig en het gebeitelde toonde geen sporen van machinale bewerking.
‘Moet je hier niet de vrijheid van je vader mee betalen?’
Hij keek op en bestudeerde het vermoeide gezicht van Firas. Een moment lang probeerde Omar zich voor te stellen hoe de lange reis van de jongeman vanuit Syrië zou zijn geweest. Hij wist dat veel Syrische families zonder bezittingen waren aangekomen. Sommigen hadden de reis niet eens overleefd.
“De Ramadan is te duur hier,” zei Firas. “Het put ons uit.”
Omar schraapte zijn keel. “Goed. Ik zie dat je voor mijn neef Hassan werkt. Ik ga je een lening geven – het salaris voor tien dagen, zonder verplichtingen of rente – omdat je één van Hassan`s jongens bent. Je laat de armband van je moeder en de andere dingen hier, als een bewijs van vertrouwen. Je krijgt ze terug wanneer je de lening terugbetaald.”
Firas dacht erover na. Tien dagen salaris zou genoeg voedsel opleveren voor de rest van de Ramadan en nog wat meer. Misschien zou hij zelfs wat kunnen sparen om zijn vader te kunnen helpen.
“Kan ik echt alles terugkrijgen?” vroeg Firas.
“Natuurlijk,” antwoordde Omar. “Het is van jou wanneer je de lening terugbetaald.”
Dit is het zevende deel van Firas’ verhaal.
Lees hier: deel 1, deel 2, deel 3, deel 4, deel 5, deel 6, deel 7, deel 8, deel 9, deel 10, deel 11, deel 12, conclusie
GEBEDSFOCUS
Mensen krijgen vaak schulden tijdens de Ramadan en sluiten leningen af voor het drie-daagse Eid feest aan het eind van deze maand. Het is vooral moeilijk voor mensen die leven in armoede of als vluchteling in een vreemd land. Velen belanden in schulden die ze nooit meer terug kunnen betalen.
Hij brengt recht aan de verdrukten, Hij geeft voedsel aan de hongerige. De Heer bevrijdt de gevangenen; de Heer opent de ogen van de blinde. De Heer tilt de mensen op die gebogen zijn; de Heer heeft de rechtvaardige lief.
Psalm 146:7-8.
- Bid met ons mee voor degenen die verstrikt zitten in armoede en andere omstandigheden – dat ze zullen ontdekken dat Jezus Christus de Enige is die hen echt kan bevrijden.
- Vraag de Heer om de zwakken en de weerlozen te beschermen. Vraag dat de vrede – die alle verstand te boven gaat – over hen zal komen en hen in staat zal stellen om hun omstandigheden toe te vertrouwen aan de Heer. (Filippenzen 4:6-7)
- Bid dat Hij hen zal troosten tijdens de Ramadan met de wetenschap dat Hij gevangenen zal bevrijden, de ogen van de blinden zal openen en dat Hij de gebogenen zal oprichten.
Dagelijks tijdens de ramadan gebedspunten ontvangen op je telefoon of tablet? Download nu de app ’30 dagen gebed’.