De postbode glimlachte vriendelijk terwijl hij naar de jongeman tegenover hem keek. Firas was ongeveer 18 jaar, maar hij leek het gewicht te dragen van een veel ouder iemand, misschien omdat hij de moeilijke weg was gereisd vanuit Syrië. Marwan kon alleen raden wat het betekent om te vluchten uit een oorlog. Als jongen, zonder vader, verantwoordelijk voor zijn moeder en broer.
“Geen probleem, Firas,” antwoordde Marwan. Hij pauzeerde, wreef over zijn snor. “Als je iets nodig hebt: je weet waar mijn familie woont, om de hoek bij Omar de juwelier.”
Firas knikte. De postbezorger vervolgde, “Nog iets…” Hij trok een dun, beschadigd pakje met onbekende postzegels uit zijn tas.
“Ik heb nieuws,” zei hij tegen Firas, “van je vader.”
In de verte vuurde een kanon om de start van de Ramadan in de te luiden.
Firas stond roerloos in de deuropening. Hij voelde koud zweet. En dat ondanks de hitte die het gebouw binnendrong door de betonblokken.
Ze hadden al heel erg lang geen nieuws gekregen van vader.
Firas bracht het pakje naar zijn moeder in de keuken. Ze stopte met het roeren in haar pan met bonen en pakte het pakje zonder woorden aan, ze scheurde het snel open en griste de brief eruit. Firas keek hoe er tranen in haar ooghoeken kwamen en over haar wangen liepen toen ze de brief las.
Plotseling deed ze haar oorringen en armbanden af. Ze hield ze een moment in haar handen en daarna legde ze ze op het aanrecht voor Firas. “Verkoop ze,” zei ze.
“Maar moeder, uw trouwjuwelen…”
“Wil je vader levend terugzien?” antwoordde ze.
Beneden in de straat verwelkomden drums de komst van de nieuwe maan en het begin van de heilige maand. Kinderen staken rotjes af en daagden elkaar uit om erop te dansen. Families namen plaats op de dakterrassen van de flats in de vroege schemering. Ze lachten en aten samen zoals ze dat de komende dertig nachten van de Ramadan zouden doen.
“God, hoort u mij?” fluisterde Firas in de wind. “Breng onze vader terug.”
Firas en Ibrahim zaten op het dakterras van hun appartement. Ze keken naar deze families terwijl ze hun eenvoudige maal van brood met bonen aten. Firas nam een slok thee. De thee was bitter. Zijn moeder had een nieuwe zak suiker gekocht. Die is alleen voor gasten, ze bewaarde de suiker stevig dichtgeknoopt met elastiek verborgen achterin de kast.
Firas keek naar de smalle halve maan die de start van de Ramadan aangeeft. Hij hing laag in de westelijke hemel. Hij keek ernaar, op zoek naar iets wat hij niet kon vinden. Hij voelde zich alleen. Hij wenste dat zijn vader hier was, zodat die sterk kon zijn voor hem.
“God, hoort u mij?” fluisterde Firas in de wind. “Breng onze vader terug.”
Dit is het vierde deel van Firas’ verhaal.
Lees hier: deel 1, deel 2, deel 3, deel 4, deel 5, deel 6, deel 7, deel 8, deel 9, deel 10, deel 11, deel 12, conclusie
GEBEDSFOCUS
Te midden van de instabiliteit en onrust in de moslimwereld, worden veel moslimfamilies gedwongen om tijd apart van elkaar door te brengen, vaak zonder kennis van de veiligheid en het welbevinden van hun verwanten.
- Bid dat degenen die zijn ontheemd en gescheiden van hun familie, open huizen en families zullen ontmoeten tijdens de Ramadan. Bid dat de boodschappers van het evangelie – die in de moslimwereld leven – hun huizen zullen openen in de naam van Jezus Christus (Matteüs 25:40)
- Bid met ons dat degenen die gescheiden zijn van hun geliefden, verenigd zullen worden met Christus, een vriend die altijd van hen houdt, en in Hem een vrede vinden die is bedoeld voor de behoeftigen. (Spreuken 17:17)
- Vraag de Heer of hij meer werkers wil sturen die moedig Jezus volgen om moslimvluchtelingen en ontheemde mensen lief te hebben. Bid dat Hij veldwerkers wil toerusten met geloof, durf en vindingrijkheid, die nodig zijn, om de mensen die gescheiden zijn van hun familie te verzorgen.
Dagelijks tijdens de ramadan gebedspunten ontvangen op je telefoon of tablet? Download nu de app ’30 dagen gebed’.