Het islamitische geloof & de vijf zuilen
Moslims geloven in één God die uniek, almachtig, barmhartig en genadig is voor alle moslims. Allah is machtig, sterk en houdt alles onder controle. Dit heeft overeenkomsten met het christelijke beeld van God, maar een groot verschil is dat God volgens de leer van het Nieuwe Testament veel persoonlijker is.
Het islamitische geloof wordt daarentegen geleefd vanuit de vijf zuilen die moeten worden gehoorzaamd om hoop te krijgen op redding.
De vijf zuilen van de islam
- Het opzeggen van de geloofsbelijdenis (Shahada) – De geloofsbelijdenis die door alle moslims wordt opgezegd: “Er is geen God dan Allah en Mohammed is zijn profeet” (of: Mohammed is de boodschapper van God).
- Gebed (Salat) – Op vijf vastgestelde momenten per dag wordt er gebeden richting de stad Mekka.
- Het geven van aalmoezen (Zakat) – Zakat betekent reiniging. Het geven van aalmoezen bestaat uit verplicht geven en uit het vrijwillig geven aan de armen.
- Vasten (Saum) – In het bijzonder tijdens de maand van de Ramadan.
- Pelgrimsreis (Hajj) – Op zijn minst één keer in je leven moet je een pelgrimsreis maken naar Mekka in Saoedi-Arabië, als dat mogelijk is.
De vijf zuilen bieden geen zekerheid
Voor een moslim die zich houdt aan al deze pilaren is er nog steeds geen zekerheid van redding binnen de islam. Moslims denken vaak na over de Dag des Oordeels, aangezien ze een religie aanhangen die uitgaat van het zelf verdienen van je rechtvaardigheid. Ze geloven dat Allah (of een engel) op deze dag hun persoonlijke daden zal wegen op een weegschaal. Ze hopen dat de goede daden zwaarder wegen dan de slechte, maar zelfs dan is het oordeel slechts gebaseerd op de wil van Allah en niet noodzakelijkerwijs op rechtvaardigheid.
Een andere interpretatie is dat de daden van een mens in een boek staan en dat Allah dit boek zal openen op de Dag des Oordeels. De daden worden dan berekend en in zijn geheel op zijn rechter- of linkerhand geplaatst. De enige manier om zeker te zijn dat je naar het paradijs gaat, is sterven als martelaar tijdens een heilige oorlog.
Mohammed en Jezus
Mohammed is de hoogste profeet in de islam, maar de Koran spreekt ook vaak over Jezus, bekend als Isa in het Arabisch. De Koran noemt Jezus ook wel Kalimatullah, dat ‘woord van God’ betekent. Moslims geloven in het algemeen niet in de dood van Jezus aan het kruis, Zijn opstanding of Zijn goddelijkheid. Hoewel Jezus de tweede hoogste profeet is in de islam, is Isa in de Koran slechts een van de vele profeten.
Jinn
Het geloof in engelen en kwade geesten, ook bekend als Jinn, speelt een belangrijke rol in het leven van de meeste moslims. Het geloof in Jinn wordt niet gevonden in de orthodoxe islam, maar het is een resultaat van heidense religies – met name uit Afrika en India – dat dit element is ingevoegd in de islam.
De wet
De islam geeft regels voor elk aspect van het leven. In de Koran en de Hadith staan instructies voor elk detail van het leven van een moslim. De Shari`a – de heilige wet van de islam – omvat alle aspecten van het leven, niet alleen de religieuze praktijken. Het beschrijft de islamitische levenswijze en de weg die een moslim moet afleggen om de opdrachten van God te vervullen en de hemel te bereiken.
Maandelijks vergelijkbare verhalen in je mailbox ontvangen? Meld je hier aan!